Tuesday, April 27, 2010

Ecologen, de economen van de natuur

Met de laatste economische crisis werd duidelijk dat de economische wetenschap totaal gefaald had. Modes, trends, dienstbaarheid aan elites en lobbygroepen en grote oogkleppen.

De wetenschap van nu doet zeer gespecialiseerde deelstudies, maar mist het vermogen bij het komen tot een omvattender visie kritisch naar zijn eigen beperktheid van wat ze weet en niet weet te kunnen kijken. Hypotheses worden geponeerd als zekerheden, hobby's en persoonlijke voorkeuren worden tot beleid gechanteerd met een beroep op een objectief natuurbelang.

De wetenschap is het slachtoffer van dit soort praktijken omdat haar zuiverheid en objectiviteit of op zijn minst zijn gebalanceerdheid in het geding is.

In dit stuk zal ik proberen aan te geven dat de ecologische keuzes die gemaakt zijn en worden in het Heiderijk project niet wetenschappelijk zijn in de zin van onbetwistbaar. Maar technocratische keuzes van een weliswaar overheersende stroming van ecologen, die de wind mee hebben omdat hun voorstelling van de natuur goed in het straatje past van Staasbosbeheer.Die telkens een natuurvisie ondersteunt die haar economisch geen windeieren legt.

Arrogantie als gewoonte

In een brief schrijft directeur van de Ark Wouter Helmer: Het Heiderijk project is gebaseerd op ecologische inzichten, die beheerders van natuurgebieden zorgvuldig moeten communiceren met de omgeving en ik vind dat de initiatiefnemers daar op de website www.heiderijk.nl toch wel hun best voor doen. Er is blijkbaar ook al een gesprek met de bezorgde omwonenden georganiseerd. Hopelijk neemt dat de laatste onduidelijkheden weg.

De stuitende arrogantie van veel ecologen stelt hen niet in staat in te zien dat hun keuzes misschien wel eens tijdsgebonden en mode-bepaald zouden kunnen zijn. Ze zijn überhaupt niet bereid zich zelf kritisch te bekijken.

Het erg riskant is de erfenis aan natuur van generaties op te offeren aan de grillen van het heden. Dat er ook deskundigen zijn, die tot een soortgelijke visie komen als wij, blijkt uit het volgende citaten uit recente publicaties.

Deskundige 1

De vogelspecialist Rob Bijlsma in een interview in de Groene (n09 2010) met Koos van Zomeren spreekt over de recente geschiedenis van zijn meest geliefde natuurgebied Het Mosselse Zand achter Arnhem waar volgens zijn berekeningen de biomassa van vogels er in de afgelopen dertig jaar met tweederde is afgenomen:

'Het mooie was: er golden geen beheersmaatregelen. Het terrein werd aan zijn lot overgelaten, het kon zich ontwikkelen zoals het zich wilde ontwikkelen. Er was niemand die vond dat hij voor dat terrein beslissingen moest nemen.'

...

'Nu worden er stukken bos gekapt. Naaldbos in de tussenfase, dat is inderdaad niet bijster interessant. Maar je moet over de horizon van je eigen leven heen kijken, en dan had je daar een Beekberger Woud in wording. Over honderd jaar had dat heel leuk kunnen zijn. Maar nee, open ruimte. De waan van de dag wil open ruimte. De subsidieverstrekkers willen open ruimte. Het dédain ook: wat er is wordt rücksichtslos uit de weg geruimd ten faveure van wat er volgens bepaalde functionarissen moet komen. Het is net de Grote Sprong Voorwaarts: talloze beesten sterven voor een stralende toekomst.'

Deskundige 2 Citaten Tom Bade, mileugeograaf uit Vo 13 april 2010 p12

Ik vind dat de hele ecologie in Nederland herschreven moet worden. Bijna alle ecologen in Nederland denken in termen van verschraling, in navolging van Victor Westhoff.

Maar Westhoff hield toevallig vooral van plantjes. Dus vond hij dat je moest verschralen. Maar wie gaat er nu verschralen in een vruchtbare delta, waar de zeeklei en de rivierklei enorm hoog liggen, en het veen tot aan het plafond? Dan ben je toch een beetje van het paadje af. Je gaat in ieder geval tegen de natuur in. Dat krijg je in het buitenland ook niet uitgelegd. En omdat het onnatuurlijk is, blijf je graven, spitten, fröbelen.

Maar je krijgt het langzamerhand ook niet meer aan mensen uitgelegd.

Dan haalt Natuurmonumenten opeens 140 hectaren bos weg in de Loonse en Drunense duinen, om er een zandverstuiving te herstellen.

Dat vind ik decadent. Jarenlang hebben de mensen gehoord dat ze niet van de paden af mochten, dat honden aan de lijn moesten, dat ze geen papiertjes mochten weggooien en dat ze er in het broedseizoen niet mochten komen. En opeens komt de dragline, alles wordt in de container gekieperd en er wordt gezegd: grapje, dit was helemaal niet zo waardevol. Dat krijgt de afdeling propaganda echt niet meer recht geluld.’

Iets verderop:

Iedereen tevreden, behalve de ecologen. Er is altijd wel een belangenbehartiger van één soort die het slechter doet. Ik vind het prima dat je stukjes heide en blauwgrasland wil bewaren. Maar het is geen natuur, het zijn resten agrarisch cultuurlandschap. Je kunt het willen behouden als erfgoed, prachtig mooi. Maar natuur is iets anders.Het is ook zo: ga met een natuurbeschermer het bos in en je komt er depressief uit. Ik heb het eens meegemaakt in Voornes Duin, tijdens een excursie. Het was er prachtig, vond ik. Maar dat zag ik helemaal verkeerd.Er moest afgeplagd worden, struweel moest gerooid worden, bomen moesten gekapt omdat er grondbroeders moesten komen. Iedere keer dat ik zei dat ik iets mooi vond, zat ik ernaast. Op die manier raak je wel het contact kwijt met het publiek.

Deskundige drie:

In een opinie-artikel van Gert-Jan Nabuurs van het European Forest Institute afkomstig uit het vakblad voor bosbeheer van september 2009 kunnen we lezen over de breekbare herplant en het kapgrage karakter van het huidige bosbeheer. De verjonging lijkt maar moeilijk greep te krijgen.

"Sinds de jaren '90 voeren we een uitkapachtig beheer en hopen dat de natuurlijke verjonging de rest doet. We hopen dat we weer een bos krijgen dat zal voldoen aan de verwachtingen van volgende generaties in de samenleving. Echter, door dit vrijwel overal in gelijke vorm toe te passen ontstaat juist een minder divers Nederlands bos. Vaak ontstaat een uitgehold bosbeeld, met een schaarse verjonging van meestal berken en eiken (Daamen et al. 2007). De kwaliteit van deze verjonging is vaak ook nog erg slecht. De slechte opkomst van verjonging is te zien in resultaten van het Meetnet Functie vervulling (MFV). 12% van het bos bevindt zich nu al in een ijle boomfase (LNV 2007)."

Dit uitgeholde bosbeeld zie je overal in en rond Groesbeek, rond de Duivelsberg en het Filosofendal, in de bossen tussen de Holdeurn en de Zevenheuvelenweg, achter Ons Erf, in het bos tussen Berg en Dal en Beek in beheer van het Gelders Landschap.

De massale afname van de bosdichtheid in de regio moet meetbare consequenties hebben voor wat betreft CO2 binding. De bossen zijn onze longen en die worden aangetast.

Overal vindt SBB weer nieuwe argumenten voor het kappen van het bos:

Alle uitheemse bomen moeten worden gekapt, waarbij volstrekt voorbij wordt gegaan aan de cultuurhistorie van dit gebied en deze wordt vernietigd. In de Ooy moeten de open zichtlijnen terug, een open polder. Prachtige populierenhagen zijn onnodig gesloopt tegen de wil van de omwonenden in, bijvoorbeeld rond de Bisonbaai.

Ieder die in de omgeving van een bos woont en daar vaak komt, bouwt een relatie met zijn omgeving op die ervaren wordt als publieke, gemeenschappelijke grond, als een meent of Commons. Het beheer echter is autoritair, technocratisch en gedreven door nauwelijks verhulde economische motieven, waarbij er roofbouw wordt gepleegd op de door voorgaande generaties aan ons nagelaten bossen.

Het kappen voor Heiderijk legt op allerlei plaatsen het gebied open voor verkeerslawaai nu juist allerlei verbindingsstroken langs de wegen gekapt zijn en nog worden. Bos heeft de wonderlijke eigenschap te suggereren dat het veel groter is dan het lijkt; al een klein areaal kan een grote groep gebruikers bedienen; echter als het landschap open wordt gegooid zoals nu gebeurt blijkt dat het bos maar een parkje dat ingesloten is door oprukkende verkeersstromen en menselijke activiteiten die steeds meer druk uitoefenen op het gebied. Recreatieve waarden worden flink benadeeld door de intensivering van de geluidsbelasting. Het wordt hoog tijd dat niet langer de ecologen met hun oogkleppen en hobbys het voor het zeggen hebben maar ook de grote groep van gebruikers en omwonenden in de beheersplanning betrokken wordt.

En dat "onze longen" door massale en avontuurlijke herplant van bomen hersteld worden.

Thursday, March 25, 2010

Ontbossing in Nederland even erg als in tropische gebieden

Hieronder een oud maar zeer interessant artikel over ontbossing tussen 1990 en 2000.
Het is van het grootste belang actuele informatie hierover te verzamelen.
Wie mij daarbij kan helpen, laat het weten!!
Nederlandse ontbossing bedraagt 1470 ha per jaar
— Gert-Jan Nabuurs, Peter Kuikman en Henk Kramer

In een broeikasgasbalans zijn landgebruikver-
anderingen erg belangrijk. Voor de Nederlandse
rapportage van broeikasgassen is het landgebruik
in 1990 vergeleken met 2000. En daaruit bleek een
opmerkelijke ontbossingsgraad voor Nederland.
Landgebruik en bosbeheer hebben een grote
invloed op de uitstoot van broeikasgassen.
Bosaanleg op voormalige landbouwgronden
leidt bijvoorbeeld tot CO2-vastlegging. Andere
maatregelen kunnen leiden tot het vermin-
deren van de uitstoot van broeikasgassen.
Bijvoorbeeld het omhoog zetten van het water-
peil in veengebieden leidt tot minder veenver-
lies en dus minder CO2-uitstoot. Ook varianten
in bosbeheer hebben effect op de CO2 balans.

Nederland is verplicht om deze broeikasgas-
balans van het landgebruik jaarlijks te rap-
porteren. Op basis van deze rapportages wordt
bekeken of Nederland haar doelstelling van
CO2-vermindering haalt. Om dit te kunnen
doen is een Nationaal Systeem opgezet dat
bestaat uit topografische kaarten van 1990 en
2000, in combinatie met diverse datasets zoals
die uit het Meetnet Functievervulling en de
Bosreservaten.

Van bos naar akker en andersom
Niet alleen het beheer van een stuk land bepaalt
de koolstofbalans, maar ook veranderingen
in de landgebruiksvorm, zoals een akker die
bebost wordt, of een stuk bos dat wordt verwij-
derd voor stadsuitbreiding, zijn erg bepalend
voor de koolstofbalans. Een belangrijk onder-
deel van een Nationaal systeem is dus het bepa-
len van de landgebruik veranderingen. Het gaat
dan niet alleen om de netto areaal verandering,
maar ook om het verlies van een areaal enerzijds en
de winst anderzijds. Bosaanleg en bos verlies
zijn namelijk totaal verschillende processen
waarbij in het eerste geval de CO2-vastlegging
langzaam verloopt, maar in het tweede geval er
sprake is van een snel en groot verlies van CO2
uit het bos. Om dit goed te kunnen bepalen
zijn bruto-arealen van enerzijds ontbossing en
anderzijds bosuitbreiding van belang. Om dit
inzicht te verkrijgen is een vergelijking gemaakt
van digitaal beschikbare topografische kaarten
van Nederland van 1990 en 2000. Het resultaat
is zeer opmerkelijk.


Schuiven met bos
Eerder zijn al bosareaal schattingen gemaakt,
maar door methodische problemen, schaal-
problemen en definitieproblemen zijn 11
schattingen van het bosareaal beschikbaar die
variëren van 259000 ha in 1981 tot 360000 ha
in 2000. Geen enkel van deze schattingen is
vergelijkbaar vanwege het verschil in methode
en definitie. Nu is voor het eerst een verge-
lijking gemaakt van het bosareaal in 1990 en
2000 op basis van precies dezelfde methode
en onderliggende data. Het bleek dat het netto
bosareaal (volgens bosdefinitie) is toegenomen
van 362.000 ha in 1990 naar 368.000 ha in
2000. Dat is op zich niet opmerkelijk en in lijn
van eerder onderzoek. Echter de bruto bosver-
andering achter deze uitbreiding bleek wel op-
merkelijk: Nederland heeft in de jaren negentig
een jaarlijkse ontbossing gehad (bos volgens
de bosdefinitie en bos buiten bosverband teza-
men) van 1470 ha per jaar en een uitbreiding
van 2520 ha. Dit zijn grote veranderingen. De
ontbossing komt neer op 0.4% van het areaal
per jaar welk vergelijkbaar is met ontbossings-
snelheden in veel tropische landen.Natuurlijk
staat er in Nederland een netto uitbreidng
tegenover, maar in feite zijn we dus met het
bos aan het schuiven door het landschap. Dit
schuiven met het bos is funest in termen van
koolstof, maar zeker ook in termen van biodi-
versiteit.

Gert-Jan Nabuurs, Peter Kuikman en Henk Kramer
werken bij Alterra

27 augustus/september 2005



Het volgende artikel sluit hier inhoudelijk erg goed op aan:
http://home.tiscali.nl/gibbon/waterput/0111-kritiek-op-heide-voor-bos-programmas.htm

Saturday, March 13, 2010

Waarom leiden alle ideologische beleidsvisies tot bomenkap?

Natuurbeleid wordt gemaakt door een samenwerking van biologen en managers. We zagen al eerder dat er allerlei financiële motieven een verhulde rol spelen.

Hoe dit spel precies gespeeld wordt is mij en iedereen onduidelijk; wel is mij duidelijk dat altijd de bestaande bomen niet deugen en weg moeten.
Drie voorbeelden:

Alle uitheemse bomen moeten worden gekapt

In de bossen die ik goed ken rond Berg en Dal en Groesbeek wordt dit argument al een tiental jaren gebruikt. Vooral prachtige monumentale beuken waren de klos, soms hun bast rond ingekerfd, zodat de levenssappen niet meer kunnen stromen. Ik kan erg genieten van een mooie oude beuk en de combinatie van heuvelland en zo'n prachtige rijzige boom is vaak geweldig. Nou zie je ze langzaam afsterven. "Er leeft toch helemaal niets onder die bomen." Nou, en?
En hoe zo "uitheems"? Hebben bomen soms een soort inburgering moeten ondergaan? Tasten ze een bestaande oertoestand, een oerbos aan? En hoelang moet een soort ergens groeien voordat ie inheems mag heten? Moet de klimaatverandering maar verboden worden, omdat de plataan weliswaar e r g mooi is, maar een uitheemse boom is? Nederland is wat natuur betreft een totaal kunstmatig park. Laten we blij zijn met het mooie dat er nog is en dat zorgvuldig verrijken. Ik vind een eikenbos niet bijzonder en bovendien hebben we het eikenprocessierups probleem. Ik geloof dus echt dat dit uit/inheemse argument puur een mooie smoes is om mooi groot en hoog hout te kunnen oogsten.

In de Ooy moet de open zichtlijnen terug, een open polder

Ook in de Ooy is de laatste jaren veel bos gekapt met name in de vorm van bomenrijen om plassen en langs wegen.
Zo was er een prachtige omzoming van hoge populieren rond de Bisonbaai die tot schrik van omwonenden en vele Nijmeegse liefhebbers ineens gekapt bleek te zijn.
Uit een protestbrief uit 2006 *die in zijn geheel het lezen waard is:
" U bent een dezer dagen begonnen met de kap van Canadese populieren in de Ooijpolder, in het gebied tussen Nijmegen en Ooij; het betreft de Canadese populieren in de Stadswaard (hoek Vlietberg), de Oude Waal (tegenover de Tien Geboden (waar u intussen al begonnen bent), 2 percelen ten westen van het dorp Ooij (tussen de Spruitenkamp en het dorp) en als laatste de prachtige populierenrij aan de zuidzijde van de Bisonbaai. U kondigt dit aan in uw schrijven van augustus 2006 waarin u de betrokken aanwonenden van uw werkzaamheden op de hoogte stelt.

Alvorens in te gaan op uw argumenten wil ik u er eerst op wijzen dat ik als bewoner van de Langstraat niet door u geïnformeerd ben terwijl ik vanuit mijn huis aan de Langstraat direct uitkijk op de populieren aan de zuidzijde van de Bisonbaai.

U heeft het ook over een veranderende kijk op de landschappelijke inpassing. Omdat u die uitspraak niet verder toelicht vraag ik mij af wat u daarmee bedoelt? Houden de bomen meer water vast misschien, terwijl het water juist moet kunnen stromen? Lijkt me sterk, omdat de bomen die u wilt kappen niet echt aan de rivier staan. Of bedoelt u dat het uitheemse soorten zijn die hier niet van nature voorkomen? Als het om dit laatste gaat vraag ik mij af wat de Gallowayrunderen en Konikspaarden in hetzelfde gebied doen - zeker geen inheemse soorten - hoe consistent bent u in het hanteren van argumenten of zet u argumenten in wanneer ze u van pas komen?

In uw brief spreekt u verder van "populierenbosjes" die in het verleden zijn aangeplant voor de houtwinning. Welnu, wat voor u een bosje is, zijn voor mij prachtige, gezichtsbepalende bomengroepen die de Ooijpolder met hun statigheid nu juist een grotere mate van gevarieerdheid geven, die door hun verticaliteit een wonderschone tegenhanger vormen voor het saaie, vlakke, horizontale Hollandse landschap. Als het gaat om het gevoel voor landschaps-esthetiek heeft u mijn vertrouwen absoluut niet omdat u de afgelopen jaren al op meerdere plaatsen aangetoond heeft rücksichtloos te kappen - ik denk even aan de Koude Dijk; alle bomen zijn verwijderd waardoor een sfeerloze, saaie, lege weg is ontstaan, die geen enkele intimiteit meer heeft. Ik denk ook aan het doorzicht naar de Bisonbaai vanaf de Ooijsebandijk; u heeft daar een `fantastisch` bruggetje aangelegd (wie vroeg er om?) en daarvoor een stuk of 8 populieren omgezaagd. Het prachtige, poetische doorzicht dat er was heeft u echt definitief om zeep geholpen, en het bruggetje wordt door vrijwel niemand gebruikt. Naar mijn gevoel voorbeelden die aantonen dat u een fijngevoelige, liefdevolle omgang met het landschap ontbeert, en eerder duiden op kleinburgerlijke, rigide doordrammerigheid.

U geeft aan dat in de uiterwaarden "procesnatuur" sturend is. U streeft naar natuur die zich meer en meer spontaan ontwikkelt, en daarin past de Canadese populier niet. Ik kan het niet meer met u oneens zijn! Ik stoor me aan uw jargon, aan die eeuwige bemoeizucht die spreekt uit uw schrijven. Om iets zich spontaan te laten ontwikkelen grijp u in en offert u ander, gezond en prachtig natuurgoed. Daar zit een grote tegenstrijdigheid in en er spreekt de vervelende overtuiging uit dat alles maakbaar is in de natuur; dat u constant mòet sturen; dat als iets ergens niet groeit we het er gewoon even neerzetten, en als iets er wel groeit en niet langer van pas komt, we het gewoon vernietigen. Ik vind dat getuigen van arrogantie ten opzichte van de natuur - u moet leren iets te ,laten'.

Als klap op de vuurpijl geeft u aan het einde van uw informatiebrief aan dat het gekapte hout wordt verwerkt tot energiehout voor de energiecentrale in Cuijk. Alleen het woord al: ,energiehout' - wat is dat in godsnaam? Ik begrijp het zo: u vindt dat u hier gewoon prachtige, gezonde gezichtbepalende bomengroepen mag rooien om ze vervolgens op te stoken? En ik, als bewoner en liefhebber van deze polder, moet dat een fantastisch idee vinden? Als ik de term ,energiehout' al wil begrijpen, dan toch in de zin dat ik energie put uit de schoonheid die die bomen vertegenwoordigen. "
Duidelijk is dat willekeurige argumenten gebruikt worden in een ondoorzichtig jargon, al is hier wel enige openheid over de financiële bijbedoelingen. Dat ontbreekt in het derde voorbeeld.

Heiderijk, van bos naar hei
Hier zien we een zeer gehaaid ideologisch rookgordijn met opnieuw als doel zeer massale houtkap en bosvernietiging. In een interview in de Gelderlander van 10 maart 2010 beroept projectleider Luesen zich op Europese wetgeving. "Dierenpopulaties die te klein zijn om te overleven moeten via verbindingsszones weer met elkaar in verbinding worden gebracht."

Sinds wanneer kunnen dieren zich niet door een bos verplaatsen? Altijd gedacht dat dieren zich juist door de dekking van het bos veiliger door het landschap konden bewegen. Staan de ecoducts over de wegen ook niet vol met berkjes? En als er al paden gemaakt moeten worden kunnen die toch smal zijn en rechtvaardigen ze nooit perceelsgewijze sloop zoals in het Heiderijk project plaatsvindt!! Kortom opnieuw een doorzichtige argumentatie met duidelijke oogmerken.

Als toegift beelden van de sloop door SBB van de prachtige omzoming van het Sovon gebouw in Beek tot ontzetting van de medewerkers daar. Het patroon is dacht ik intussen wel duidelijk.
Het wordt tijd de verontwaardiging te bundelen.


Monday, March 8, 2010

Waarom is Staatsbosbeheer tegenwoordig Staatssloopbeheer?

"Staatsbosbeheer is in 1998 verzelfstandigd. Het is nu een zelfstandig bestuursorgaan (ZBO). Voordien viel het rechtstreeks onder het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Door de verzelfstandiging is Staatsbosbeheer voor een groter deel verantwoordelijk voor eigen inkomsten. Zo verhuurt Staatsbosbeheer onder de noemer Buitenleven voormalige boswachterswoningen, werkschuren en opgekochte boerderijen. "(Wikipedia)

Uit de toespraak | 10-09-2009 door mevrouw G. Verburg, minister LNV bij het in ontvangst nemen van het vier-jaarlijkse evaluatierapport met de toepasselijke titel ' Ruimte in het bos!', 10 september 2009 in Den Haag:
"Het kunnen starten van commerciële activiteiten was één van de redenen om Staatsbosbeheer te verzelfstandigen. Destijds werd dat uit oogpunt van doelmatigheid verstandig geacht. U constateert, dat Staatsbosbeheer de nieuwe rol, sinds de verzelfstandiging, goed heeft opgepakt. Met andere woorden: het publiek gefinancierde Staatsbosbeheer heeft een verantwoorde entree gemaakt op de markt. Net als andere partijen, beweegt het nieuwe Staatsbosbeheer nu met de markt mee. Ik vind met u, dat dat verstandig is." (bron1)

Uit Ruimte in het Bos (bron2,p.89): "De Commissie constateert daarbij dat enerzijds Staatsbosbeheer vanuit het ministerie van LNV ‘geprest’ wordt om meer inkomsten uit de markt te halen, maar dat anderzijds de speelruimte beperkt wordt en strakke kaders geformuleerd worden dat dit ten koste kan gaan van een meer doelmatige aanpak. Dit manifesteert zich vooral bij de activiteiten op de houtmarkt en de biomassa-markt. Dat neemt niet weg dat Staatsbosbeheer de komende jaren met verdere bezuinigingen in het vooruitzicht er alles aan zal moeten doen om tot een verdere reductie van kosten te komen." Reductie van kosten of verhoging van de baten door toename van de massa houtkap?

Tegelijk leidt dit tot maatschappelijke onrust en en daarom spreekt het rapport van een spagaatpositie.
" Regelmatig zijn er de afgelopen jaren incidenten geweest waarbij burgers melding maakten van hun ongenoegen over het gedrag van Staatsbosbeheer. Dit heeft ook tot een aantal debatten in de Tweede Kamer geleid waarbij de Tweede Kamer zich kritisch uitgelaten heeft over de opstelling van Staatsbosbeheer. De Commissie heeft daar in haar gesprekken met de omgeving en de directie van Staatsbosbeheer uitvoerig bij stilgestaan. De Commissie constateert dat Staatsbosbeheer niet ongevoelig is gebleken voor de maat-schappelijke en politieke werkelijkheid. (bron2, p88)

"Meer aandacht daarbij voor de principes van de lerende organisatie is gewenst. Van Staatsbosbeheer mag verwacht worden dat ze als overheidsdienst sterker rekening houdt met andere publieke belangen en publieke waarden dan van de andere terreinbeheerders verwacht wordt. Dat vereist dat zowel op regionaal als op landelijk niveau de organisatie zorgvuldige afwegingen maakt als er sprake is van botsing tussen verschillende publieke waarden."

Vermaatschappelijking
Onder het kopje vermaatschappelijking wordt de strategie duidelijk om maatschappelijk protest in te dammen.
"Voor het komend decennium zal het erom gaan dat de Nederlandse samenleving zich meer verantwoordelijk gaat voelen voor de gebieden van Staatsbosbeheer: ‘dat we (de mensen in de regio) met zijn allen voor dit mooie gebied zorgen; dat het van ons wordt’. Dat betekent afscheid nemen van de angst dat participatie tot verlies van natuurwaarden zal leiden. Als de betrokkenheid van de bevolking vergroot kan worden, betekent dat op langere termijn meer steun voor het in standhouden voor het natuurlijk en cultureel erfgoed van Nederland. Staatsbosbeheer moet haar legitimatie op een andere manier zien te krijgen dan verenigingen die via de leden zorgen voor een breder draagvlak. Het is gewenst dat de organisatie daarvoor vormen vindt die een vergelijkbaar effect hebben. Een versterking van vormen van horizontale verantwoording in de regio is gewenst. Op die wijze kan ook een betere inbedding van Staatsbosbeheer in de regio plaatsvinden. (bron2, p75)

"De Commissie sluit zich aan bij de aanbevelingen van het Visitatiecollege in 2006 om een strategie te ontwikkelen voor gebruikersgroepen. Het moet er niet om gaan mini maal vijftig gebruikersgroepen te hebben, maar een heldere prioriteitskeuze te maken wanneer een dergelijke groep gewenst is en hoe je zo’n groep wilt betrekken bij het beheer. Vooral als er signalen uit de bevolking zijn of als Staatsbosbeheer wijzigingen nastreeft met het beheer of de inrichting zijn dergelijke groepen gewenst. Dergelijke groepen kunnen ook als ambassadeurs van je gebied gaan optreden. Het betrekken van burgers bij het beheer vergt ook een cultuuromslag van de medewerkers. Het is dan cruciaal om echt proberen te begrijpen wat burgers willen. Het vergt ook een zekere flexibiliteit bij Staatsbosbeheer om rekening te houden met de wensen van de omgeving. Er ligt ook een valkuil op de loer: Het rekening houden met de omgeving mag niet ontaarden in ‘teveel je oren laten hangen’ naar de omgeving. Het is van groot belang dat de omgeving ook duidelijk weet waar Staatsbosbeheer voor staat."


En zo zien we regelmatig gebeuren dat natuurliefhebbers tot waterdragers en ambassadeurs van het Staatsbosbeheerbeleid worden en dat verzet ingepakt wordt met de suggestie van inspraak.

Ondoorzichtigheid in houtbeheer, uitbesteding kap-opdrachten en verkoopbeleid
Vele jaren is er reeds kritiek op SBB door het AVIH, de Algemene Vereniging van Inlands Hout op de totale ondoorzichtigheid bij SBB van belangrijke economische keuzes. De hardnekkigheid van SBB in het zich niets aantrekken van die kritiek, ook als het verwoord wordt door Kamerleden en zelfs de minister duidt op grote financiële belangen, waar echter geen vat op te krijgen valt.

(De minister: :"Ik vind transparantie van de marktactiviteiten van Staatsbosbeheer belangrijk. Hierbij denk ik aan de activiteiten van Staatsbosbeheer op de houtmarkt, biomassa, bij de verhuur van recreatiewoningen en andere marktactiviteiten. Daarom zal ik Team Aansturing aan Staatsbosbeheer vragen de marktactiviteiten apart zichtbaar te maken in zijn begroting en verantwoording.") (bron3)

"Sinds een jaar of tien levert Staatsbosbeheer resthout als biomassa aan energiecentrales. Daar wordt het omgezet in duurzame energie. De twee grootste afnemers zijn NUON en Essent Met die laatste is afgesproken de aangeboden hoeveelheid houtsnippers te verdubbelen. Concreet betekent dit dat Staatsbosbeheer jaarlijks ruim zestigduizend ton biomassa levert voor het opwekken van groene stroom."(bron 4)


"Wat ons betreft is er absoluut geen misverstand over de noodzaak van een efficiënte publieke taakuitoefening: het is in het belang van de belastingbetaler en ook in het belang van de markt dat SBB zijn eigen hout uit zijn eigen bossen publiek bezit zo goed mogelijk vermarkt. Dat geldt precies zo voor haar eigen biomassa. Maar SBB gaat buiten de publieke taakuitoefening door hout en biomassa van derden – boseigenaren, houthandelare in te kopen en te verhandelen. Dat is geen publieke taak. Daar voorziet de private markt ruimschoots in. De rijksambtenaren van SBB spelen ondernemertje op kosten van de belastingbetaler." (bron5)


"Is SBB overigens wel zo efficient met het verkopen van haar eigen hout? Wat ons betreft niet.Wij taxeren dat SBB teruggerekend naar een netto opbrengst voor het staande hout minimaal 40% lager scoort dan de particuliere bosbezitter die het hout op stam aanbiedt. SBB doet zichzelf, en dus de belastingbetaler tekort door haar hout onder het particuliere prijsniveau op de markt aan te bieden... Onduidelijk is op welke wijze permanente toetsing aan marktconformiteit van deze, maar ook andere aannemers plaatsvindt. Immers eveneens in april 1998 werd ook oogstwerk aanbesteed (Eur.Publicatieblad 28/03/98). Zowel voor de toen aangegane, als afgebroken, als nieuwe, als andere oogstcontractanten is onduidelijk hoe prijsvorming en afspraken tot stand komen en of die marktconform zijn. De status van contractanten blijft vaak onduidelijk en daarmee de hardheid van afspraken en de nakoming ervan." (Kritiek Maza rapport AIVH, bron 5)

Wat moet je hier nog aan toevoegen? We constateerden: ondoorzichtige economische deals, SBB legt zich vast op grote leveranties biomassa, een spagaat tussen natuurbehoud en winststreven, een uitgekookte strategie natuurliefhebbers aan zich te binden. Tegelijk lijkt niemand greep te hebben op de werkelijke keuzes waar het om draait: waarom wordt gekapt, met welke belangen, door wie en met welk perspectief. Prachtig rapportcijfer voor Staatsbosbeheer, ja, ja....

Bronnen:
1.Prachtig rapportcijfer voor Staatsbosbeheer op site ministerie http://www.minlnv.nl/portal/page?_pageid=116,1640333&_dad=portal&_schema=PORTAL&p_news_item_id=24626
2. rapport ' Ruimte in het bos!', 10 september 2009 http://www.minlnv.nl/txmpub/files/?p_file_id=42182
3. Reactie Minister LNV evaluatierapport SBB >>> http://www.avih.nl/pdf/minlnv-evSBB.pdf
4. Reactie AVIH evaluatierapport SBB http://www.avih.nl/pdf/vc-LNV-957.pdf
5. 26 maart 2008 | Reactie van de AVIH op accountantsrapport van MAZARS http://www.avih.nl/output/output_56.html#kritiek